DONEER EN STEUN ONS WERK
DONATE AND SUPPORT US:
IBAN: NL10 SNSB 0902 6349 33
De misleidende groep, genoemd het Syrische Comité (niet te verwarren met Comité Syrian Nederland) heeft er een ondersteunder bij, een schrijfster, dochter van een ex-Jezuïet, die zelf zegt dat ze een geboren Jihadist is! Haar geld gaat naar deze terroristische organisatie.
Van Brederode, dochter van een voormalige jezuïet en priester, studeerde filosofie aan de Vrije Universiteit te Amsterdam en debuteerde in 1994 met haar roman Ave verum corpus (“Gegroet waarlijk lichaam”). Zij schrijft en houdt lezingen, vaak over levensbeschouwelijke thema’s.
Hieronder een verslag waar ik (mijn identiteit toen niet bekend gemaakt) aanwezig was:
Verslag 19 oktober Dag van de Syrische Hoop. Georganiseerd door:
Het Nederlands Syrisch Comité ( de Oppositie).
https://freesuriyah.wordpress.com/2012/11/01/50/
Het Syrische Comité is eind 2011 begonnen, met hulp van de SP, hielden zij vergaderingen en bijeenkomsten in een Rotterdamse kerk, waar schilderijen van Assad met hakenkruizen hingen, zij idiote filmpjes lieten zien, duidelijk aanhangers van de moslim broeders waren en salafisten en jihadisten, bestaand uit meer dan de helft Koerden en Turkmenen. De echte Syriërs waren niet aanwezig. Ik was daar die avond, waar o.a. ook Petra Strienen, Arabist, ex-diplomate en nu D’66 lid (zegt al genoeg) een verhaal ophing over Syrië. In het achterhoofd houdend dat een pseudo moslimgeleerde, haar vriend in het verleden (1995) een boekje had geschreven: Damascus is als een sinasappel, hij had zich bekeerd tot een zeer orthodoxe stroming en was in de leer geweest bij Moaz al Khatib.
Dit schreef ik in 2013 al over Moaz al Khatib (die nu van het toneel verdwenen is):
De islam is een sinaasappel,’ zo legt een moslimgeleerdein Damascus aan Maurits Berger de islam uit.‘Het vruchtvlees is de mystiek en de schil is het islamitischrecht. Maar,’ waarschuwde hij, ‘laat je nietmisleiden door de eenvoud van deze voorstelling.’In de vreemde wereld van Damascus gaat MauritsBerger, gedreven door nieuwsgierigheid, islamitischrecht studeren. Maar ook de dagelijkse dingen – hetbidden in de moskee, de gevolgen van de dictatuuren de strenge geloofsopvattingen fascineren hem.Door deel te nemen aan de samenleving en metvrienden te praten probeert hij de ware islam te ontdekkenen het negatieve westerse beeld van moslimste analyseren.
Verder met de schrijfter genaamd Désanne van Brederode.
Die schrijft: ik was als kind al Jihadist, tja dat kan je op vele manieren uitleggen, jihadisten zijn er ook onder de Christenen en Joden te vinden, het woord Jihad kennen ze niet maar zijn wel geradicaliseerd:
Hier is haar verhaal in de reguliere MSM (politiek gekleurd en net als alle andere MSM kranten en nieuwszenders niet objectief):
TROUW:
Ze is net terug van een reis naar Bethlehem, vertelt schrijfster en filosofe Désanne van Brederode. De boeken die ze meenam, waaronder ‘Exit West’ van Mohsin Hamid, liggen nog binnen handbereik in de bescheiden etage waar ze twee jaar na haar scheiding ingetrokken is met haar 18-jarige zoon. Midden in de drukke Amsterdamse binnenstad vormt het woonblok een wal tegen de stad – in het hof heerst een bijna onwerkelijke stilte, waar Van Brederode nog niet helemaal aan gewend is. “Soms zit ik tot diep in de nacht met mijn zoon te discussiëren over wereldproblemen”, lacht ze. “Sinds ik hier woon, vraag ik me weleens af of de buren denken dat hier jihadisten wonen.”
Dat ‘jihadist’ heeft voor haar trouwens geen negatieve klank, zal later blijken. De worsteling om behalve goed te denken ook goed te leven, typeert de 46-jarige Van Brederode; denken is voor haar nooit vrijblijvend geweest. Op haar bureau staat een portretje van Jezus, in de boekenkast valt het oog op Nietzsche en Goethe, aan de deur hangt een pastelkleurige cirkeltekening van zijn kleurenleer.
Ook met spiritualiteit houdt Van Brederode zich al langer bezig, maar juist in haar omgang met die traditie heeft ze een omslag gemaakt, sinds ze zich inzet voor het Syrische Comité (zie voor meer informatie de cursieve tekst onderaan dit artikel), dat probeert de vreedzame strijd tegen Assad te ondersteunen. Vooral over het spirituele ideaal van stilte ging ze anders denken. “Door de Syriërs zag ik in dat mijn verheerlijking van stilte pijnlijk was.”
Uw nieuwe boek ‘Als stilte steekt’ is een pleidooi om de stilte over Syrië te verbreken. Maar welke stilte? In de krant heeft Syrië heel veel aandacht gekregen. De internationale gemeenschap heeft nergens zoveel geld en wapens aan uitgegeven als aan de oppositie tegen Assad. Wat verwacht u precies van Nederlanders?
“Dat je je laat zien en laat zien dat je het vreselijk vindt. Na de gifgasaanval van 2013 dacht ik dat de Dam vol zou staan met demonstranten. Dat viel tegen. Terwijl iedereen toen al kon weten dat Assad een beest is. Nederlanders die in Syrië rondreizen, laten zich maar al te vaak door de propaganda van het regime misleiden. En veel mensen lijken te denken dat ze in het Midden-Oosten niet zo hechten aan democratie en mensenrechten.”
Nog even over die stilte. Als je sterk bij een zaak betrokken raakt, dat kan ook de toestand in verpleeghuizen zijn, denk je toch altijd dat anderen zwijgen?
“Het gaat mij om het effect van stilte. Mensen realiseren zich niet hoeveel het uitmaakt als je er wel voor ze bent. Als je gaat demonstreren, zien Syriërs in hun land dat ook op hun smartphone.”
U pleit voor meer warmte en empathie. Dat kan ertoe leiden dat de instanties zeggen: laat vrijwilligers die getraumatiseerde Syriërs maar helpen. Bent u niet bang een gat te vullen dat gevuld moet worden door professionals?
“Als het gaat om serieuze psychologische hulp zeker. Dan denk je wel: daar moet ik niet in mijn eentje in gaan zitten poeren. Maar kijk: er is voor mij een verschil tussen helpen en bevriend zijn. Natuurlijk help ik ook weleens mensen, ik hang wel met instanties aan de telefoon. Maar binnen het Syrische Comité (zie onder) werken we samen als vrienden, op basis van gelijkwaardigheid.
Toch blijft de relatie ongelijkwaardig. U bent een Nederlander met geld. Hoe gaat u daarmee om?
“Die vraag stel ik mezelf dagelijks. Ik krijg heel veel vriendschapsverzoeken, ook uit Syrië zelf. Dan ga ik eerst na of ze aan de goede kant staan – dus niet aan die van Assad. En dan nóg kan het zijn dat iemand me privéberichtjes stuurt met de vraag of ik geld kan overmaken. Ik loop daar dan een week mee rond – en ja, dan ben ik dus ook stil. Want ik heb dat geld gewoon niet. Dat schrijf ik zo’n meneer dan. Groot is dan mijn eerbied dat iemand dat begrijpt.”
Vindt u het raar als mensen zeggen: Ik heb mijn eigen sores, Syrië is ver van mijn bed – ik heb niet zo’n zin me in al die ellende te verdiepen.
“Dat begrijp ik heel goed. Ik ben me er zeer van bewust dat ik me bijvoorbeeld niet kan inzetten voor de Rohingyas in Birma en Bangladesh. Ik doe liever één ding goed en intensief en leer van mijn fouten, dan dat ik me oppervlakkig over van alles en nog wat uitspreek. Dan wordt het iets van: kijk mij eens de hele wereld op mijn schouders nemen.”
Bovendien is Syrië al lastig genoeg. Dat Assad een verschrikkelijke dictator is, weten we. Maar hoe weet je in dit conflict ooit of je aan de goede kant staat?
“Dat is het lastige. Het land is overgeleverd aan zoveel soorten kwaad. Amerika heeft IS in Raqqa succesvol bestreden, maar wel met honderden onschuldige doden tot gevolg. Zelfs een Israëli die ik pas sprak, noemde Syrië een tweede Holocaust. Dáárom doet de stilte zo’n pijn. We staan op 4 mei heel hypocriet te zeggen: dit nooit meer, maar het gebéurt. Natuurlijk moet je heel terughoudend zijn met die Holocaust-vergelijking, dat probeer ik Syriërs ook altijd uit te leggen. De Holocaust wás uniek, maar door dat zo te benadrukken loop je het risico te denken dat alles wat daarna komt minder erg is.”
Maar wat kún je dan in zo’n lastig conflict?
“De mensen blijven ondersteunen die dromen van een democratisch Syrië. Het verlangen naar gerechtigheid herkennen en zorgen dat het niet dooft – of daarbij helpen.”
U schrijft dat je in de omgang met Syriërs beter beseft wat onze democratie waard is. Maar is het niet moeilijk mensen met zulke gewelddadige ervaringen te begrijpen?
“Dat vind ik totaal niet. Ik vind het steeds moeilijker Nederlanders te begrijpen.”
Lange stilte.
“Hoe moet ik dat uitleggen? Ik ben nog altijd dol op filosofie, maar ik geloof ook: het moet pijn doen. Wat ik pervers vind, is dat filosofie, of kunst, en spiritualiteit soms ook, meer en meer worden ingezet als feelgood-ervaring. Terwijl ik denk: filosofie is er juist om het feeling bad levend te houden. Dat heb ik altijd gehad: die interesse voor het geweten, wat dat betreft was ik als kind als een jihadist.
Mooie kop boven het artikel: ik was als kind al jihadist!
“Ja, doe maar! De jihad is prachtig. Tenminste de grote jihad, die je voert met jezelf, met je egoïsme, met je vooroordelen, met je driften. Dat je jezelf, de tijdgeest, de vrienden met wie je omgaat voortdurend kritisch tegen het licht houdt, wat niet wil zeggen dat je de hele tijd moet proberen een goed mens te zijn. Ik weet bijvoorbeeld best dat Mark Zuckerberg niet deugt, en toch zit ik ’s avonds vaak te Facebooken – ook wel genietend van zelfgebakken taarten en herfstkleuren. Je hoeft geen moreel perfect leven te leiden en je moet niet verwachten dat anderen dat doen. Het gaat erom dat je het vanzelfsprekende bevraagt.”
En dat is?
“Ik vraag me af wat praten en denken betekenen als er geen handeling op volgt. Soms denk ik… je engageren is eigenlijk net zoiets als een huwelijk aangaan. Je zegt ergens ja tegen, maar je kunt niet overzien waar het je zal brengen. En ergens voel je dat risico intuïtief aan: dát is voor veel mensen al een reden om het niet te doen, denk ik.
Want dan zit je eraan vast.
“Vandaag is de eerste dag in lange tijd dat ik niet heb gewerkt. Dan denk ik: geniet er nou maar van, zet een extra pot thee. Maar dan hoor ik stemmetjes in mijn hoofd, niet van mijn Syrische vrienden, maar van de kring daaromheen, die zeggen: o, dus zo diep zit je liefde voor Syrië, je kunt niet eens een Facebookpost beantwoorden. Zo nemen Syriërs elkaar soms de maat, en zichzelf vaak ook.”
Triest.
“Het maakt me soms intens moedeloos, maar vluchtelingen kunnen er niks aan doen, want ze zijn zo getraumatiseerd, ze staan in de overleefmodus. Het is soms net een nest puppy’s waarbij de moederhond weg is. Die dieren trappen naar elkaar. Dan moet iemand het geheel in het oog houden – er moeten mensen omheen gaan staan. Zulke mensen zijn echt nodig”. EINDE BERICHT.
Dit is het gewouwel en gebrabbel van de elite in Nederland, die deze rotzooi lezen, totaal niet objectief, Bethlemen staat niet voor Palestina en niet voor Israël. Het staat voor christendom, een stad (ik was er 2 weken in 2010) met een muur eromheen, waar Palestijnen opgesloten zitten en je als buitenlander met geld weinig Palestijnen zult zien er zijn immers aparte toegangswegen, in de apartheidstaat Israël!
Deze mevrouw is een product van de elitaire samenleving die geen benul heeft hoe de situtatie in Syrië of Palestina werkelijk is en steunt zo Jihadisten en terroristen, ze is immers, zoals ze zelf schrijft een geboren Jihadist! Aanhanger van de misleidende politieke partij D’66, een elitair clubje, die haar eigen referendum afschaft!
Bron: Trouw, Freesuriyah