Afgelopen is er weer veel geschreven over de “vermeende” terugtrekking van steun aan Syrië, wilde verhalen gaan er in de reguliere media rond.
“Rusland zou het politieke beleid van President Assad niet meer ondersteunen”. “De rijkste zakenman van Syrië, een neef van president Assad, heeft via Facebook zijn beklag gedaan over ‘intimidatie’. Hij zou intussen geen contact meer hebben met het staatshoofd, vroeger nochtans een goede vriend van hem. En ook Rusland lijkt het te hebben gehad met zijn bondgenoot Assad.”
Uit de lucht gegrepen retoriek. Zeker zijn er interne problemen geweest met Rami Makhluf, de neef van President Assad en voorzitter van Syriatel, de grootste telecomoperator van het land. Er moet een eerlijke concurrentie komen, volgens het Syrische ministerie van Financiën en Makhluf moet het alleenrecht opgeven, ook worden alle “rijke” Syriërs, die buiten Syrië wonen, geacht mee te betalen aan de wederopbouw.
Het Russische Centrum voor Verzoening van het ministerie van Defensie heeft afgelopen dagen 170 ton aan humanitaire hulp gebracht aan diverse dorpen en gemeenten in de provicie Hasaka. Ook heeft de Russische regering er bij de Verenigde Naties (VN) erop aangedrongen om de economische santies op te heffen, nu de hele wereld door het biologische virus wapen COVID-19 betroffen is en een land waar al oorlog geweest is wordt daardoor nog harder getroffen!